-
1 spiegelen
1 [reflecteren] réfléchir2 [lichtstralen in een richting werpen] faire réfléchir3 [m.b.t. kledingstukken] être lustré♦voorbeelden:II 〈wederkerend werkwoord; zich spiegelen〉1 [zich bekijken, teruggekaatst worden] se refléter2 [+ aan][een voorbeeld nemen] s'inspirer (de)♦voorbeelden:2 〈 spreekwoord〉 wie zich aan een ander spiegelt, spiegelt zich zacht • bien se châtie qui par autrui se châtie -
2 die jongen spiegelt in mijn gezicht
die jongen spiegelt in mijn gezichtDeens-Russisch woordenboek > die jongen spiegelt in mijn gezicht
Перевод: с нидерландского на французский
с французского на нидерландский- С французского на:
- Нидерландский
- С нидерландского на:
- Французский